Niet met je ellebogen op tafel. Niet met volle mond praten. Niet smakken. Aardige kans dat je dit tijdens je opvoeding regelmatig gehoord hebt, zeker als opa of oma kwam eten. Veel verder dan dit rijtje komen veel mensen niet als je vraagt wat zij hebben geleerd dat nette tafelmanieren zijn. Om naast het zilverwerk en de glazen ook je etiquette nog eens op te poetsen, even een lesje tafelmanieren.
Etiquette – ouderwets of tijdloos?

De Dikke Ditz is hét naslagwerk als het gaat om het toepassen van goede manieren in het dagelijks leven.
Veel mensen, en zeker in Nederland, komen bij het idee van etiquette al in het geweer: ik laat me toch zeker niet in een keurslijf drukken? Het idee van een set gedrags- en omgangsregels die je gemeenschappelijk hebt is juist het tegenovergestelde. De regels van de etiquette vormen het kader waarbij iedereen zich prettig kan voelen. Het gaat niet om ouderwets of bekakt, etiquette gaat om het respecteren en in de waarde laten van andere mensen.
Aan de hand van het boek De Dikke Ditz – Hoe hoort het eigenlijk van Reinildis van Ditzhuyzen heb ik een paar basisregels voor het kerstdiner voor je samengesteld. Bij de onderstaande regels probeer ik dan ook uit te leggen waarvoor de regel dient. De meeste regels zijn een kleine aanpassing, die je bijna niet zal opvallen, maar die wel erg attent en netjes overkomt. Of zoals men in Engeland mooi pleegt te zeggen: a little goes a long way.
Een goede binnenkomer
Als je bent uitgenodigd om bij familie of vrienden te komen eten, dan is het wel zo netjes om een klein presentje voor de gastheer (M/V) mee te nemen. Dat hoeft niet duur te zijn, als het maar attent is. Zorg dat je weet wat de gastheer interessant, lekker of leuk vindt. Houd er vooral rekening mee dat het iets is waarmee je de ontvanger nergens toe verplicht. Als je bloemen wilt geven, stuur ze dan vooruit, zodat de ontvanger ze in eigen tijd in een vaas kan schikken en ze prominent kan tonen.
Kom op tijd! Wanneer de uitnodiging vraagt om op een bepaalde tijd aanwezig te zijn, respecteer dat dan. Hoe vervelend is het voor de gastheer als de aardappels verpieteren omdat jij je schoenen thuis nog moest poetsen? Het klinkt heel ouderwets, maar voor mannen en vrouwen gelden andere regels bij het binnenkomen. Zo schudt een man de gastheer nooit de hand in een handschoen, en is het wel zo galant om de eventuele dame in zijn gezelschap te helpen haar jas uit te doen.
Aan tafel
Kijk voor het aan tafel gaan vooral naar wat de gastheer aangeeft. Wanneer deze aangeeft dat men aan tafel kan, ga dan pas zitten. Let wel op of er niet een tafelschikking is, wanneer daar over is nagedacht, dan heeft dat een reden. Als de tafel al gedekt is, ga dan niet met het servies of het bestek spelen, maar ga liever met je tafelgenoten in gesprek. Haal voordat het eten wordt opgediend het servet van je bord en leg dat (deels uitgevouwen) op schoot. Ga het niet uitkloppen: je bent de was niet aan het doen.
Eet met je mond dicht, en hang niet achterover. Het is geen gezicht als je met je vork een halve meter moet afleggen van het bord naar je mond. Houd je ellebogen bij je en ga dus ook niet als een roofdier met je armen om je bord heen liggen als je eet: iedereen heeft een eigen portie. Verder doe je het niet heel snel verkeerd. Je hoeft je pinken niet omhoog te houden als je eet, en je mag best over politiek praten. Zorg er wel voor dat het gesprek netjes blijft. Je kunt het ook respectvol met elkaar eens zijn. Zo heeft iedereen een prettig diner.

Door mooi servies en bestek te combineren dek je al snel een fraaie tafel.
Eet-iquette
Dan is er voor het hanteren van je eetgerei nog wel wat etiquette. Als er een broodbordje staat (dat is het kleine bordje, links, boven de vorken), leg daar dan een stuk brood op dat je van een eventueel groter stuk afgescheurd hebt. Als er een gedeeld boterbakje is, neem dan een beetje boter op je broodbordje en smeer niet met het mesje in het boterbakje. Deel je eigen brood ook op door het te breken en ga het niet te lijf me je botermes. Een voordeel is: het is volledig geoorloofd om met een stuk brood de resten saus van je bord te vegen om alles op te krijgen. Geniet lekker van het maal, en let een klein beetje op dat je niet heel veel sneller of langzamer eet dan de gastvrouw of -heer.
Drink met mate
Een goede gastheer zorgt er voor dat je bij elk gerecht de juiste drank geschonken krijgt. Schroom niet om alcoholvrije dranken te vragen: het is niet gepast om er op aan te dringen dat men alcohol drinkt. Eventuele wijn wordt door de gastheer in het juiste glas geschonken. Hier past ook weer een beetje gematigdheid: drink niet teveel en drink voldoende water tussendoor. Je wilt tenslotte niet ‘die dronken oom/tante’ van de familieverhalen worden.
Roeivereniging
Als je tussentijds even stopt met eten om op te scheppen of attent het water van je tafelgenoten bij te vullen, leg je het bestek even neer. Daarbij is het belangrijkst dat je niet gaat ‘roeien’. Zorg er dus voor dat je ‘roeispanen’ binnenboord blijven: het heft van je vork en mes rusten op je bord, niet op het tafelblad. Ben je klaar met eten? Leg het bestek dan parallel aan elkaar, vanuit het midden van het bord naar rechtsonder gericht. Zo weet de gastheer dat je genoeg hebt gehad en hoeft je dus niet vergeefs een nieuwe portie aan te bieden.
Aangenaam gezelschap
Als de maaltijd voorbij is en het gezelschap aanstalten maakt om te vertrekken, bedank de gastheer dan voor de avond. Wees oprecht met je compliment en geef de gastheer kans om te reageren. Aan het eind van deze spoedcursus etiquette hoop ik dat het je is meegevallen. Door je aan deze leidraad te houden heb je de basis te pakken om iedereen aan tafel een aangenaam diner te bezorgen. De etiquette is niet bedoeld om mensen die er niet mee bekend zijn op de vingers te tikken. In gezelschap eten is geen wedstrijd, maar een gezelschapsbezigheid. Eet dus lekker, en zorg dat je zelf in elk geval een prettige tafelgenoot bent!
Leave a reply