Voor wie wel graag een smaakvolle en troostrijke stoofpot of soep wil eten, maar geen tijd heeft om daar de hele dag voor in de keuken te staan is een slowcooker dé uitkomst. Dit type apparaat komt oorspronkelijk uit de Verenigde Staten en is – zoals de naam al suggereert – gericht op het langzaam garen van etenswaren. Hoewel er miljoenen slowcookers per jaar worden verkocht is dit apparaat in Nederland nog niet bij het brede publiek bekend.
Hoe dan?
Een slowcooker bestaat meestal uit drie delen: een buitenbak, een binnenbak en een deksel. De buitenbak bevat het reguleringssysteem van de slowcooker en is het deel waar de stekker op uitkomt. Bijna elke slowcooker heeft drie standen waarop verwarmd kan worden: twee garingsstanden en een warmhoudstand. De lage garingsstand verwarmt de inhoud van de binnenpot tot ongeveer 98 °C, waardoor de inhoud langzaamaan gaart. Doordat het voedsel langer op een relatief lage temperatuur blijft wordt het gerecht meestal wat zachter. De hoge stand verwarmt sneller, zodat het voedsel niet zal aanbranden maar wel sneller gaar wordt.
Een uitzondering is de 5-in-1 multicooker van Crock-Pot. Deze kan, afhankelijk van de stand, een temperatuur tussen de 65 en 230 °C bereiken. Hierdoor kan je nog gecontroleerder op lage temperaturen garen. Door de uitneembare binnenbak is deze gemakkelijk te reinigen en is de binnenbak ook te gebruiken om het eten in te serveren. Voor een goede warmteverdeling zijn de binnenpotten in veel gevallen gemaakt van geglazuurd keramisch materiaal. Andere varianten zijn gemaakt van aluminium met een antikleeflaag, waardoor de pot sneller warm wordt maar toch niet aankleeft. De warmhoudstand voorkomt het snel doorgaren, maar houdt het warm genoeg om bacteriegroei tegen te gaan.
Wat dan?
Een van de grote voordelen van een slowcooker is dat het eten vrijwel nooit zal aanbranden. De lage stand is bijvoorbeeld bij uitstek geschikt om dooraderd rundvlees mals te bereiden. Bij het verwarmen van rundvlees treden namelijk twee tegenstrijdige reacties op. Aan de ene kant veranderen de eiwitten in de spiervezels, waardoor het vlees taaier wordt. Aan de andere kant lost het bindweefsel (collageen) op en kan op den duur in gelatine veranderen.
Belangrijk is dat het vlees niet al te heet wordt, zodat het bindweefsel tijd heeft om op te lossen. De hoge stand van de slowcooker is heel handig om bijvoorbeeld soepen te garen, omdat de temperatuur tegen de kook aan blijft, en daar ook snel komt. Wanneer de maaltijd de juiste temperatuur al bereikt heeft maar je nog niet aan tafel wilt kan je de slowcooker op de warmhoudstand zetten, waardoor het eten niet staat te verpieteren.
Analoge of digitale slowcooker
Een handigheid die sommige slowcookers hebben is de mogelijkheid om de pot digitaal te programmeren. Dit komt goed uit als je de hele dag druk bent met andere dingen, of zelfs naar het werk bent. Na de vooraf geprogrammeerde bereidingstijd (zeg: 5 uur op de lage stand), schakelt de slowcooker automatisch over naar de warmhoudstand. Hierdoor wordt het eten niet zomaar overgaar en houdt het de garing vast die je in het recept beoogd had.
Onmisbaar
Door de lange garingstijd en de relatief lage temperatuur krijg je met het gebruik van een slowcooker een zacht en smaakvol resultaat. Door het goed sluitende deksel stoof het eten met een maximaal behoud van eigen vocht gaar. Het is dus erg belangrijk om niet teveel vocht toe te voegen, omdat in de meeste gevallen een behoorlijke hoeveelheid vocht vrij komt uit de ingrediënten zelf. Daarom is het ook belangrijk om bijvoorbeeld niet teveel wijn te gebruiken bij het koken, gezien ook de alcohol niet snel zal verdampen. Wanneer je eenmaal gewend bent om met de een slowcooker te werken zal het apparaat dan ook veranderen in een van de meest gebruikte dingen in je keuken met vrijwel gegarandeerd succes. Mocht het je nou erg leuk en lekker lijken maar heb je geen inspiratie voor recepten? Er zijn steeds meer geweldige kookboeken die specifiek op deze apparaten gericht zijn!
Leave a reply